Opden inval voirtgestelt bij ja(n)ne willemet tege(n) everarde/ vaddart als de selve willemet hadde hoiren lesen de deposicie(n)/ overgesonden bijder wet van wave(r) d(air) de selve willemet/ mainteneerde besunder dat de deposicie geschiet te wave(r)/ bij heyne(n) de boc op des voirs(creven) vaddarts zijde d(air)af de ov(er)gesonden/ deposicie me(n)cie maecte van gheene(n) value(r) en ware noch/ dat die hee(re)n d(air)op niet sculdich en wa(r)en te letten te voirde(r)/ want die wa(r)en geschiet in absen(cien) va(n) hem en(de) hem d(air) toe niet/ geroepen zijnde Ten ande(re)n male dat zij insgelijx niet sculdich
//
en wa(r)en te letten(e) opde ande(re) pointen va(n) deposicien bijder/ selver wet overgesonden aengaen(de) den deposicien vand(en) voiracte(n)/ en(de) guedi(n)gen die voirmaels voir wet va(n) wave(r) geschiet wa(r)en/ tusschen p(ar)tien d(air) af de selve scepen(en) bij leeri(n)gen huers hoots/ va(n) veele zeke(re) vo(n)nissen hadden gegeven gemerct dat hij d(air)inne/ niet en hadde geco(n)senteert en(de) te voirde(r) want de scepen(en) van wave(r)/ selve alhier te des(er) instan(cien) hadde geweest als getuygen en(de) hen/ d(air)af niet en hadden geexpedieert met meer reden(en) Dair tegen/ de voirs(creven) vaddart de co(n)trarie sustineerde dede seggen dat ghene dat/ h(ier) af wa(r)e geschiet dat dat was geschiet bij ov(er)geven(e) va(n) p(ar)tien/ want al wa(r)e dair af gearticuleert geweest in zijne(n) int(er)rogatorie(n)/ soe en hadden de scepen(en) va(n) wave(r) dair op ondervraecht hen niet/ willen expedie(re)n mair wouden dat doen uute(n) processe en(de) alsoe/ was dexami(n)acie des voirs(creven) heyns de boc en(de) doversynden van/ al geschiet bij ov(er)geven(e) des voirs(creven) willemets Hebben de scepen(en)/ va(n) loeven(e) ter manissen smeyers gewijst met vo(n)nisse dat p(ar)tien/ metter co(n)clusien int p(ri)ncipael voirtva(r)en souden niet tege(n)staen(de)/ den calangien cor(am) scabinis in sca(m)pno de(m)pt(is) hoelair thenis febr(uarii) xii